Voor drakenvangers van nu en straks

Een speelbeleid moet meegroeien met de samenleving

Een goed speelbeleid is essentieel voor kinderen, en veel steden en gemeenten zetten daar gelukkig ook op in. Tijd om rustig achterover te leunen dan maar? Toch niet. Er blijven best nog wat uitdagingen. Hoe maak je bijvoorbeeld meer ruimte voor tieners, voor meisjes, voor kinderen met een beperking? En waar kunnen kinderen hun wildste fantasieën uitleven?

Door Sabine Miedema

Het aantal steden en gemeenten dat werkt met een doordacht speelruimtebeleid groeit. Toch blijft het een voortdurend proces om dat beleid te ontwikkelen en te verbeteren, omdat er nieuwe maatschappelijke uitdagingen zijn, maar ook omdat er nieuwe inzichten groeien.

Zo stellen we vast dat er nog altijd veel publieke ruimte verdwijnt, zeker in stads- en dorpskernen. Dit brengt ook speelkansen van kinderen in gevaar. Tegelijk zijn achter hekken, muren en deuren vaak nog veel ruimtes die beter gebruikt kunnen worden. Denk aan schoolspeelplaatsen, sportvelden of misschien wel een (moes)tuin van een woonzorgcentrum. Door daar op een creatieve manier mee om te gaan, kunnen meer kinderen gebruik maken van deze plekken. Dit vraagt dialoog en het openbreken van gewoontes, maar kan een ongelofelijke troef zijn: meer ruimte voor kinderen en meer kansen op ontmoeting tussen verschillende doel- en leeftijdsgroepen. Om die ongebruikte zones te ontdekken, buig je je eerst simpelweg eens over de kaart van een buurt. Zet je Google Maps op satelliet en je zult versteld staan van wat je ontdekt. Ga in gesprek met de beheerders van deze ruimten. Vaak is er meer mogelijk in goed overleg en met een gedeeld beheer.

Spelen buiten de zone

Nog te vaak wordt gedacht dat kinderen alleen mogen spelen op een formeel speelterrein, terwijl wij juist zien dat ze net zo goed plezier hebben op straat of een pleintje. Daarom hopen we dat meer en meer steden en gemeenten de focus kunnen verleggen van het speelterrein naar de straten, stoepen en parken. Neem nu een fontein op een pleintje: die kan je aanraken met een vinger, je hand of hele arm. Speelplezier voor kinderen en kijkplezier voor iedereen! Kleine speelaanleidingen in de buurt zorgen er ook voor dat jongere kinderen, die nog niet alleen naar een speelterrein mogen, kunnen spelen in de buurt. Ten slotte maken kleine speelaanleidingen routes voor kinderen veel meer beleefbaar: het is leuker om van huis naar school te stappen als je van alles tegenkomt.

Inzetten op meer diverse speeldoelgroepen

Kijk eens rond in jouw stad of gemeente: zijn er bepaalde groepen die je minder ziet spelen in de publieke ruimte? Bepaalde doelgroepen worden minder goed aangesproken om buiten te spelen, of rond te hangen. Voor tieners is er vaak minder speelruimte dan voor kinderen. Ook voor kinderen met een beperking zijn er minder speelkansen in de publieke ruimte. Uit de eerste resultaten van ons buitenspeelonderzoek blijkt al dat meisjes minder buitenspelen dan jongens. Hebben meisjes andere noden in de publieke ruimte? Dat onderzoeken we nu met een reeks participatietrajecten.

Geef elk spel een kans

Overal is avontuur te vinden, maar niet op elke plek lukt dat even goed. Zo zijn er een aantal speelvormen die minder geactiveerd worden. Voor fantasiespel is weinig nodig, maar daagt de ruimte genoeg uit om te fantaseren over draken, luchtballonnen en rapconcerten? Kunnen kinderen en jongeren genoeg bouwen en constructies maken? En valt er genoeg te ontdekken in de publieke ruimte? Kun je je in bosjes verstoppen? Die spelvormen zien we minder terug in de publieke ruimte, maar ze bieden zowel sociaal als motorisch een meerwaarde voor kinderen.


(c) Carmen De Vos voor Kind & Samenleving

Valkuilen voor een goed speelruimtebeleid

1.Geen helikoperzicht

Stel: een groep buurtbewoners klaagt over een gebrek aan goede speelruimte in hun buurt. Op het eerste gezicht lijkt het logisch om op zoek te gaan naar extra speelruimte daar. Maar er zijn andere buurten die misschien nog minder speelruimte hebben en een beperkt budget. Hoe zorg je er dan voor dat kinderen evenveel speelkansen krijgen? Hiervoor heb je een goede helikopterzicht nodig over de speelkansen in jouw gemeente of stad, zodat je weet welke projecten de hoogste prioriteit hebben. Met een duidelijke visie en speelruimtebeleid werk je minder snel ad hoc en speel je beter in op de belangrijkste noden.

2. Een versnipperd beleid

Nog te vaak is het speelbeleid versnipperd: de groendienst heeft de zorg over de parken, de jeugddienst zorgt voor de speeltoestellen en de dienst ruimte werkt aan de heraanleg van publieke ruimte op lange termijn. Door het ontwikkelen van een gezamenlijk speel(ruimte)beleid breng je mensen rond de tafel met een gezamenlijke verantwoordelijkheid: het verbeteren van speelkansen en speelruimte voor kinderen in woonbuurten, op pleintjes en in parken.

3. Een overdreven focus op veiligheid

De veiligheid van kinderen is voor iedereen uiteraard erg belangrijk. Maar gaan we daar soms niet te ver in? Spelen is leren, met vallen en opstaan. Daarvoor zijn ook bepaalde risico’s nodig: een blauwe plek of moddervoeten zijn helemaal niet erg! Denk dus niet alleen: wij zijn in orde met de regelgeving rond de uitbating van speelterreinen, maar verleg de focus naar de speelkansen, en verlies daarbij de veiligheid uiteraard niet uit het oog.

4. Speelruimte verwarren met speeltuinen

Voor het ontwikkelen van speelkansen wordt te snel gekeken naar de bestaande formele speelterreinen, terwijl er veel meer kansen ontwikkeld kunnen worden op pleinen, in parken en straten.

Hulp nodig bij het opzetten van een doordacht speelbeleid? Neem gerust contact met ons op!

Geef een reactie

Welkom

Dit is het Magazine van Kind & Samenleving. Het komt drie keer per jaar online. Veel leesplezier!

Lees over onze thema’s

%d bloggers liken dit: