Meer kinderen op de fiets

Interview met de burgemeester van Bonheiden

Wie al eens door de gemeente Bonheiden gereden is, kan zich op het eerste gezicht niet voorstellen dat hier elke dag honderden kinderen en jongeren met de fiets naar school gaan. Bonheiden wordt namelijk doorkruist door een drukke forensenbaan naar Brussel en Antwerpen.

Door Sabine Miedema.

Weinig uitnodigend voor fietsers dus. Maar burgemeester Guido Vanganée vond oplossingen in digitale technologie en in fietsstraten. En daarmee won Bonheiden de prijs Fietsgemeente 2018 van de Vlaamse Stichting Verkeerskunde. Een interview .

Bonheiden heeft de langste fietsstraat van Europa, en ook veel kinderen die op de fiets naar school gaan. Dat is opmerkelijk in een gemeente met een drukke verkeersader. Hoe hebben jullie dit voor elkaar gekregen?

“Je moet eerst en vooral een gevoel van basisveiligheid creëren. We zijn begonnen met de hoofdwegen die dwars door Bonheiden lopen. Heel veel verkeer van omliggende gemeenten rijdt door ons centrum om vervolgens richting E19 naar Antwerpen of Brussel te gaan. Dat verkeer zal niet zomaar verminderen en daar moesten we een oplossing voor vinden. Bovendien zaten we met een zwart kruispunt in het centrum, terwijl er daar vlakbij een nieuwe kleuterschool zou komen.

Vaak wordt er gewerkt met het STOP-principe (Stappen, Trappen, Openbaar vervoer en dan pas de Personenwagen). Maar dat werkt niet als je zoveel verkeer uit andere gemeenten hebt. Voor de hoofdwegen hebben we ervoor gekozen om het doorrijdend verkeer zo vlot mogelijk te laten verlopen. Dat wil dus zeggen dat we 50 en 70 kilometer per uur aanhouden, behalve tijdens de schoolmomenten, dan is het tijdelijk 30 kilometer per uur. De voetgangers en fietsers hebben op die hoofdwegen geen voorrang en er is een automatische cyclus in plaats van een systeem met drukknoppen. Hierdoor ontstaan er minder files, en zijn pendelaars minder geneigd sluiproutes te nemen door de omliggende woonstraten. Door de vlottere doorstroming op de hoofdwegen kunnen we op de omliggende straten volop inzetten op de fiets.”

Een vlottere doorstroming op de hoofdweg zorgt er nog niet meteen voor dat de rest van Bonheiden fietsvriendelijk is.

“Nee, daarom hebben we een fietsbeleidsplan opgemaakt. Of eigenlijk niet wij, maar de kinderen van de kindergemeenteraad. In de kindergemeenteraad zitten kinderen tussen 10 en 14 jaar. We hebben hen de opdracht gegeven om in kaart te brengen waar zij langs zouden fietsen naar school. Ze konden de applicatie Moving Forward installeren op hun smartphone. Als ze de app activeerden, werd hun route automatisch vastgelegd in het GIS-systeem van de gemeente. Als ze een gevaarlijk punt zagen, dan konden ze stoppen en een foto nemen. Zo kreeg de mobiliteitsambtenaar veel informatie binnen. Die informatie hebben we dan volledig in kaart gebracht. De gevaarlijke punten hebben we aangepakt, of zijn we aan het aanpakken.

Met de dukaten die kinderen verdienen door te fietsen, kunnen ze naar de kermis. In de winter en bij slecht weer krijgen ze zelfs extra punten.

Daarna hebben we een werkgroep gemaakt van burgers die graag wilden samenzitten over het fietsbeleidsplan. Samen met de Thomas More Hogeschool hebben we zo het fietsbeleidsplan in elkaar gebokst en dat is vervolgens unaniem goedgekeurd door de gemeenteraad.”

 Wat zijn de belangrijkste maatregelen van het fietsbeleidsplan?

“We hebben heel wat kleine straten waar we fietsstraten van kunnen maken. We pakken dat ook net wat anders aan. In veel gemeenten zie je dat er wel fietsstraten zijn, meestal dichtbij een school. Op dat punt is het misschien veiliger, maar je krijgt niet meer fietsers omdat je 500 meter fietsstraat aanlegt. Wij proberen daarom met de fietsstraten bepaalde belangrijke punten met elkaar te verbinden. Daardoor weten kinderen dat ze veilig van punt A naar punt B kunnen gaan met de fiets. Onze langste fietsstraat van 6,3 kilometer begint in Putten en eindigt in Mechelen, intergemeentelijk dus. Die moet nog wel doorgetrokken worden, zodat die een aansluiting kan maken met de fiets-o-strades. Als we alles uitvoeren volgens plan zitten we uiteindelijk aan 27 kilometer fietsstraten. Er zullen ook twee fietsbruggen komen, zodat we ook verschillende gemeenten met elkaar kunnen verbinden.

Hoe krijg je vervolgens de kinderen zo ver om ook echt de fiets te nemen?

“Voor basisschoolkinderen hebben we een incentiveprogramma opgestart via het Smart City-concept. We werken daar met een tag, een staafje dat in het voorwiel van de fiets wordt geplaatst en dat gelinkt is aan een leerling. Op elke school hangt er in de fietsenstalling een scanner. Als je daar voorbijrijdt, scant hij automatisch dat je bent aangekomen. De kinderen kunnen hiermee punten sparen, waardoor ze dukaten verdienen. Met die dukaten kunnen ze naar de kermis. In de winter en bij slecht weer verdienen ze zelfs extra punten. We organiseren ook de wedstrijd ‘fietsklas van het jaar’. Klassen van verschillende scholen nemen het tegen elkaar op om zoveel mogelijk met de fiets te komen. Zo moedigen leerlingen elkaar aan. Het heeft een enorme verandering teweeggebracht. Hiervoor ging ongeveer 12 procent van de kinderen regelmatig met de fiets naar school. Tegenwoordig is dat 60 procent.”

Lukt dat ook met tieners?

“In Bonheiden is er geen middelbare school, dus moeten we andere manieren bedenken om de jongeren ook op de fiets te krijgen. In samenwerking met Sint-Katelijne-Waver hebben we het project De Remblok uitgevoerd. De Remblok is een fiets-afspreekpunt op een belangrijk kruispunt waar jongeren op een veilige en leuke manier met elkaar kunnen afspreken om samen te vertrekken naar school. De middelbare scholieren hebben dat zelf mogen ontwerpen. We hebben er een graffitikunstenaar bij betrokken, er staat een bank die speciaal ontworpen is om op de leuning te zitten. En er is ook een fietspomp. Het is een enorm succes. Als je alles samentelt, gaat het om zo’n 600 tot 700 fietsers per dag.”

Welke concrete stappen kunnen kleine gemeenten met minder budget nemen?

“Er is eigenlijk best veel aanbod, maar dan moet je het ook wel willen doen. De Vlaamse Stichting Verkeerskunde heeft bijvoorbeeld heel wat te bieden om kinderen van kleins af aan te leren om de fiets te gebruiken. We hebben een Nijntjeroute, met borden van Nijntje en tegels met spreuken op de stoep. Zo kunnen we jonge kinderen op een speelse manier met het verkeer in aanraking laten komen.


Het is erg belangrijk hoe je het uitlegt. Als er nu een bewonersvergadering is, sta ik altijd aan de ingang en geef ik iedereen een hand.

Daarnaast zijn het juist kleine gemeenten die makkelijk kunnen inzetten op fietsstraten. Een fietsstraat kost weinig, want dat is wat verf en een bord. Hoe je die verf plaatst, is belangrijk. We hebben bijvoorbeeld aan de zijkanten een witte lijn geplaatst waardoor dat een versmallend effect geeft. Zo voelt het voor een automobilist aan alsof dat hij op een fietspad aan het rijden is, en niet in een gewone straat zit. Kleinere gemeenten hebben meestal wegen die daar beter voor geschikt zijn. Ook waar de wegen wat breder zijn, hebben we parkeerplaatsen geschilderd en hebben we de aslijn verlegd. Waardoor dat beeld van de smalle straat blijft.”

Hoe krijg je een groot draagvlak in de gemeente om in te zetten op de fiets?

“In ons fietsbeleidsplan staat dat we voor elke verandering eerst een bewonersvergadering organiseren. En de bewoners stemmen of zij dat willen of niet. Als de bewoners het niet willen, gaat het niet door. Je krijgt natuurlijk nooit iedereen helemaal mee, maar er was bij elke bewonersvergadering steeds een duidelijke meerderheid.

Het is erg belangrijk hoe je het uitlegt. Als er nu een bewonersvergadering is, sta ik altijd aan de ingang en geef ik iedereen een hand. Bewoners krijgen ook twee papieren mee. Eén waar ze hun persoonlijke vragen op kunnen invullen, en een ander waarop ze vragen kunnen stellen die belangrijk zijn voor het algemeen belang. We beantwoorden vervolgens alle vragen die zijn opgeschreven. Dat zorgt er ook voor dat minder assertieve mensen aan bod komen.

Ik leg dan heel het mobiliteitsplan uit: dit is de situatie nu, daar willen we naartoe, om dan uiteindelijk te komen tot hun straat. Dan zien de mensen dat hun straat een klein stukje is in de grote puzzel.”

Welke plannen liggen nog op stapel?

“De bedoeling is dat het dukatensysteem ook uitgebreid wordt naar het woon-werkverkeer en middelbare scholieren. Daarvoor zullen we met een applicatie werken, noem het een fietsmodusapp. Vanaf het moment dat je die app aanzet, worden er een aantal apps uitgezet: zo kun je bijvoorbeeld tijdens het fietsen niet meer je Facebook checken. Via de app krijgen we ook weer veel informatie binnen, langs het GPS-signaal. We weten waar de inwoners langsrijden, hoeveel kilometer ze fietsen. Via de app kun je digitale dukaten verdienen, zo´n beetje als Bitcoins. Daarmee zal je kunnen betalen, om bijvoorbeeld naar de cinema, schaatsbaan of een zwembad te gaan.”

Waarom zetten jullie extra in op de kinderen en jongeren?

“Het zijn de kinderen en jongeren die de mentaliteitsverandering makkelijk kunnen maken. Dat we zo weinig op de fiets zitten, is de schuld van onze generatie. In onze tijd was het eerste wat we moesten hebben een auto. En de fiets gebruikten we enkel om met de maten in het weekend te gaan fietsen. Ik heb niets tegen de wagen, want hier in landelijk gebied heb je die nodig , maar er zijn op een bepaald punt wel andere keuzes te maken.

Kinderen zien soms ook dingen waar wij als volwassenen helemaal niet aan gedacht hadden. We hadden bijvoorbeeld stoplichten waarvan de kinderen aangaven dat ze die niet goed konden zien omdat ze te hoog hingen. Zo’n probleem is eenvoudig opgelost: de volgende week lieten we de technische ploeg de stoplichten verlagen. Alle maatregelen hebben ervoor gezorgd dat we veel minder verkeersslachtoffers hebben. Daarvoor alleen zou je het al doen. En we vinden het fijn dat Bonheiden nu andere gemeenten kan inspireren om ook die verandering op gang te trekken.”

Geef een reactie

Welkom

Dit is het Magazine van Kind & Samenleving. Het komt drie keer per jaar online. Veel leesplezier!

Lees over onze thema’s

Ontdek meer van Kind & Samenleving Magazine

Abonneer je nu om meer te lezen en toegang te krijgen tot het volledige archief.

Lees verder